Gerard Kinckhuysen (1625-1666) matematico. Fra le sue opere, oltre all’Albebra (nella quale adottò la convezione cartesiana x, y, z; cfr. Florian Cajori, A History of Mathematical Notations, Courier Dover Publications, New York 1993, p. 383), ricordiamo: Het ghebruyck des quadrants, zijnde seer nut voor veel persoonen, ende vermakelijck voor alle liefhebbers. Noch is hier by ghevoeght een toegift, bestaende in eenighe vermaeckelijcke questien, by de welcke de antwoorden ghestelt zijn, Haerlem, Passchiers van Wesbusch, 1643; Verklaringe ende ghebruyck van den altijdt-duerenden maen-wyser. zijnde seer nut ende vermaeckelijck voor alleliefhebberen der wis-konst. Noch is hier by gevoegt, een Aenhang: vervat met eenighe nutte ende vermaeckelijcke questien, de schaduwe der son aengaende, Haerlem, Passchier van Wesbusch 1645; Geometria Descripta, Haarlem, 1663; Konstig cyfferboek, Amsterdam, P. Witteboel, 1699.